|
- profeet die zich vooral uitspreekt over Edom(2)-2; zijn woorden staan in een naar hem genoemd Bijbelboek (Ob. 1);
- zoon van Jechiël; keert met Ezra(2)-1 terug uit de ballingschap in Babel-2 (Ezra 8:9);
- een van de priesters die zich na terugkeer uit de ballingschap in Babel-2 verbinden om de Tora te onderhouden (Neh. 10:6);
- zoon van Semaja-18, Leviet-2, zanger; andere naam: Abda-2 (Neh. 12:25, 1 Kron. 9:16);
- nakomeling van David-1, nakomeling van Zerubbabel (1 Kron. 3:21);
- afstammeling van Issachar-1, nakomeling van Tola, zoon van Jizrachja (1 Kron. 7:3);
- afstammeling van Benjamin-1, zoon van Asel (1 Kron. 8:38, 1 Kron. 9:44);
- afstammeling van Gad-1; sluit zich in Siklag aan bij David-1 (1 Kron. 12:10);
- een van degenen die het volk onderrichten in opdracht van koning Jehosafat-3 van Juda-4 (2 Kron. 17:7);
- een van de kleinere profetische boeken van het OT
|
[ ? ] |