Gabriël

afbreking: Ga·bri·ël [ ? ]
herkomst: Hebreeuws-Nederlands (gangbare versie) [ ? ]
letterlijk: 'man van God';  

 
  1. bode van boven die als een man verschijnt aan Daniël-2 om hem uitleg te geven van wat er gebeuren gaat (Dan. 8:16, 9:21);
  2. aartsengel (Luc. 1:19, 1:26);
  3. mannelijke voornaam
[ ? ]

verwant: Hebreeuws (transcriptieversie): Gavriël, Gavrieel [ ? ]
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden