bolus

afbreking: bo·lus [ ? ]
lidwoord: de  
meervoud: bo·lus·sen  
herkomst: Jiddisj-Nederlands [ ? ]

 
  1. bepaald zoet gebak, bijv. gemberbolus;
  2. drol
[ ? ]

verwant: Jiddisj: bole [ ? ]
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden