pesoel

afbreking: pe·soel [ ? ]
lidwoord: de  
meervoud: pe·soe·liem
[uitspraak: pəsoeliem]
 
herkomst: Hebreeuws [ ? ]

  datgene wat ondeugdelijk, ritueel ongeschikt maakt, defect, gebrek [ ? ]
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden