agada

afbreking: aga·da [ ? ]
  [uitspraak: ağada] [ ? ]
lidwoord: de  
meervoud: aga·dot
[uitspraak: ağadot]
 
herkomst: Hebreeuws [ ? ]
letterlijk: 'vertelling';  

 
  1. het verhalende, niet-halachische gedeelte van de mondelinge Tora;
  2. een onderdeel daaruit, verhaal
[ ? ]
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden