|
- zoon van Kareach, aanvoerder in de tijd van Gedalja(2)-1 (15x: 2 Kon. 25:23, Jer. 40:8 +);
- zoon van Hakkatan; keert met Ezra(2)-1 terug uit de ballingschap in Babel-2 (Ezra 8:12);
- (klein)zoon van de hogepriester Eljasib-1; bij hem trekt Ezra(2)-1 zich een nacht terug; andere naam: Jehochanan-1; mogelijk identiek met Jonatan(2)-6 (Neh. 12:22, 12:23);
- nakomeling van David-1, zoon van Josia (1 Kron. 3:15);
- nakomeling van David-1, zoon van Eljoënai (1 Kron. 3:24);
- nakomeling van Aäron-1, zoon van Azarja(2)-13, vader van Azarja(2)-14 (1 Kron. 5:35, 5:36);
- afstammeling van Benjamin-1; sluit zich in Siklag aan bij David-1 (1 Kron. 12:5);
- afstammeling van Gad-1; sluit zich in Siklag aan bij David-1 (1 Kron. 12:13);
- mannelijke voornaam
|
[ ? ] |