4.1.2 Grenzen bij de woorden
Woorden uit andere talen zijn, zoals gezegd, in het Sofeer-woordenboek opgenomen als ze in het hedendaagse Nederlands meer dan incidenteel gebruikt worden.
Niet opgenomen zijn:
- woorden uit het Hebreeuws of Jiddisj die incidenteel in het Nederlands worden weergegeven, bijvoorbeeld als citaat. Een woord als Beresjiet, 'in het begin', is wel opgenomen, omdat dit behalve het eerste woord van de Bijbel ook de joodse benaming is voor het eerste Bijbelboek, Genesis. Niet opgenomen is het woord dat in de Bijbel op Beresjiet volgt: bara, 'hij schiep', omdat het slechts zo nu en dan in Nederlandse bronnen voorkomt, bijvoorbeeld in een exegetische verhandeling;
- woorden die niet meer of niet (meer) frequent gebruikt worden, maar die soms wel in woordenboeken en woordenlijsten voorkomen, bijvoorbeeld in Het Joodsch in Nederland, aan het Hebreeuwsch en andere talen ontleende woorden en zegswijzen, van J.L. Voorzanger en J.E. Polak, of in de publicaties van Hartog Beem (zie 6.1.4);
- woorden die wel oorspronkelijk uit het Hebreeuws afkomstig zijn, maar via een andere taal, bijvoorbeeld het Grieks, tot ons zijn gekomen, en niet als Hebreeuws leenwoord ervaren worden (bijvoorbeeld Adonis, alfabet, Jezus, Maria);
- allerlei samenstellingen en afleidingen met woorden uit het Hebreeuws en Jiddisj (waardoor bijvoorbeeld wel sabbat in het woordenboek kan worden gevonden, maar niet sabbatsjaar, heksensabbat en sabbattist; bij het woord sabbat treft de gebruiker namelijk al alle relevante informatie aan).
Wel opgenomen zijn niet alleen losse woorden, maar ook min of meer vaste woordcombinaties, zoals Jom Kipoer ('Grote Verzoendag'). Deze staan ook in Nederlandse woordenlijsten en woordenboeken als het Groene Boekje en Van Dale. Daarin zijn ze alleen minder talrijk. Een belangrijke oorzaak hiervan is dat het Hebreeuws en het Nederlands op een verschillende manier woorden met elkaar combineren. In het Hebreeuws zeg je dag van de onafhankelijkheid, in het Nederlands onafhankelijkheidsdag. Daardoor heeft het Hebreeuws een groter aantal combinaties van losse woorden.
Wel opgenomen is verder een groot aantal eigennamen. Het komt immers vaak voor dat deze in het Nederlands moeten worden gebruikt, bijvoorbeeld door redacties van media als kranten en tijdschriften. Weliswaar zijn er in Sofeer omzettingstabellen en omzettingsregels beschikbaar, maar voor het gemak van de gebruiker werden ook veel individuele namen opgenomen. Bij spellingen die vastliggen, bieden de tabellen en regels trouwens geen soelaas. Zeker daarbij zal de gebruiker geholpen zijn met de individuele vermeldingen van eigennamen in Sofeer.
Opgenomen zijn de volgende categorieën:
- de namen van de bekendste personen uit de joodse/Joodse geschiedenis en uit het politieke en culturele leven van het hedendaagse Israël;
- veel voorkomende voornamen;
- veel voorkomende geografische namen;
- de namen van vaak genoemde instellingen;
- de namen van vaak genoemde periodieken;
- de namen van bekende joodse religieuze geschriften;
- de Hebreeuwse namen van de Hebreeuwstalige Bijbelboeken;
- de Hebreeuwse namen van de wekelijks wisselende Toraperikopen die in de synagoge worden gelezen (een perikoop is een kleiner of groter bijbelgedeelte dat staat op een rooster van lezingen in de eredienst);
- de namen van de joodse feesten.
Het woordenboek bevat geen achternamen van Hebreeuwse of Jiddisje herkomst. In de manier waarop die worden geschreven, komen namelijk nogal wat varianten voor, die bovendien vastliggen en zich dus niet lenen voor spellingharmonisatie.
Het woordenboek bevat daarentegen wel ruim zeshonderd Bijbelse namen, en wel in twee versies: de gangbare versie, waarbij de Nieuwe Bijbelvertaling van 2004 als leidraad diende, en de transcriptieversie, die met name in de uitgave Tanach van 2007 te vinden is (zie 3.1.5.2). Het gaat om alle namen die meer dan tien keer in de Bijbel genoemd worden, plus de namen die er weliswaar minder vaak in staan, maar wel bekend zijn. Voor dit laatste gold als criterium of ze voorkomen in aanhangsel III van de grote Van Dale, dat aan Bijbelse namen is gewijd.
In Sofeer staan verder soortnamen in de Hebreeuwse Bijbel die onvertaald in het Nederlands gebruikt worden, zoals namen van maanden en maten.
De informatie bij de Bijbelse woorden in Sofeer is uitvoeriger dan bij andere woorden in het woordenboek, zoals is toegelicht in 2.1.9.
Vorige paragraaf: 4.1.1 Grenzen bij de talen |
Volgende paragraaf: 4.2 Selectie |